“Kan ik niet en kan ik ook niet leren” vertelde een secretaresse in opleiding ooit aan me. De
interesse voor mijn vak leek niet erg groot bij een groep MBO studenten van de secretaresse
opleiding. Ik gooide het over een andere boeg. Weet iemand een voorbeeld uit de dagelijkse praktijk
te noemen waar je rekenen bij nodig hebt? De eerste kwam met een concrete vraag. Ik wil gordijnen
maken en ik weet dat je dan 70% meer stof moet nemen dan de breedte van het raam. Maar hoeveel is
dat dan? Ik gaf haar wat suggesties en het goede antwoord kwam met enige hulp. Daarna stelde een
andere student een vraag over de vloerbedekking voor een kamer met lastige hoeken; een broek kopen
met kortingspercentage en de btw volgden. Gaandeweg kwam ook de beroepspraktijk voorbij. Hoe weet je
of een vergaderzaal groot genoeg is voor het aantal mensen dat aan de vergadering deelneemt? Hoe
beoordeel ik een offerte en een factuur?
Ik zag dat op die manier toch aardig wat stof aan de orde kwam. Rekenen werd nuttig en sommigen
kregen er zowaar lol in.
In mijn lessen probeer ik te achterhalen welke kennis en welk inzicht de student beheerst en sluit daarbij aan door stapsgewijs nieuwe kennis op te bouwen. Ik geef aan bij welke uit te voeren werkzaamheden op de stageplek rekenvaardigheid nodig is. Ik laat de student ontdekken hoe de rekensom binnen de context van het beroep opgelost kan worden. Oefening vanuit vele praktische vraagstukken baart kunst en, mits goed begeleid, zelfvertrouwen.
Foto bewerkt van: Christina Morillo: twee vrouwen voor droog uitwisbaar bord